In december 1864 kondigde het bestuur het laatste concert van Symphonia aan. Als oorzaak noemde men het gebrek aan orkestleden. Dit werd zeer betreurd "wijl de nuttige strekking om dilettanten gezamenlijk in de kunst te oefenen en te vormen, waartoe de gelegenheid steeds schaarser gevonden wordt, bij genoemde vereeniging op de voorgrond stond". Bovendien waren er goede en veelbelovende krachten aan het orkest verbonden.
Als symbool speelde Symphonia de afscheidssymfonie van Haydn die een komisch-tragische indruk maakte met het uitblazen van de kaarsen op de lessenaars.2) Gelukkig herzag men in 1865 het besluit om te stoppen.
Overigens maakten de ongunstige werktijden het voor diverse leden moeilijk om geregeld te kunnen deelnemen aan de repetities. De kantoren sloten wel 's middags om vier à vijf uur, maar het werk werd hervat om zes uur waarna tot negen à tien uur moest worden doorgewerkt.3) Ondanks het feit dat de aanvangstijd van de repetities steeds later werd gesteld, waren er vaak lege plaatsen in het orkest die later of helemaal niet werden opgevuld. Dit was niet bemoedigend voor de directeur, maar ook niet voor de opgekomen leden.