Op 20 september 1971 werden maar liefst 21 Symphonianen gehuldigd die langer dan 25 jaar meewerkten aan het orkest. Extra hulde kreeg W. Mersel; hij was al 33 jaar lid en hij verleende op voorbeeldige wijze zijn medewerking als bibliothecaris.
Na een concert voor de Adriaanstichting met medewerking van pianist Hans Oudenaarden student notarieel recht, die echter als pianist diverse facetten van professionele allure vertoonde, volgde op 31 januari 1972 een grootse uitvoering in de Doelen voor het kindertehuis Casa Materna in Italië. De Italiaanse consul-generaal en een groot aantal leden van de Italiaanse gemeenschap in Nederland gaven door hun aanwezigheid er blijk van hoezeer dit werd geapprecieerd. Men hoorde werken van Hendrik Andriessen (1892-?), A. Maessen (1919), Saint-Saëns (1835-1921), Sibelius (1865-1957) en van beiaardier W. Franken (1922). Van de laatste hoorde men de zelden gespeelde Cantate Campanae voor koor, piano en orkest.
Medewerking verleenden de koren Vox Laeta uit Roelofarendsveen en de
Stem des Volks uit Leiden. Een weinig bekende versie van het poëtische
werk Finlandia van Sibelius met koor vormde het slot en tevens het
hoogtepunt van de avond. Voorzitter Jansse had de compositie ontdekt
dankzij een grammofoonplaat van The Mormon Tabernacle Choir die hem
vanuit Amerika was toegestuurd. Op aanvraag kreeg hij de tekst en zo
kon Symphonia dit werk als primeur in ons land uitvoeren. Recensent
Ido Eyl merkte op: "Het orkest staat in zijn prestaties dichter bij
het professionele dan bij het amateuristische."
1)